Ik had weer last van mijn gevoel. Het gevoel dat me al tijdens de zwangerschap waarschuwde dat er iets helemaal niet in de haak was. Dat gevoel speelde me nu weer parten. Ik was helemaal op. Olivier groeide niet meer zo goed als voorheen. Het klopte gewoonweg niet. En helaas, zoals al wel vaker het geval was geweest, waren er geen objectieve parameters waaraan we konden zien dat het echt niet goed ging. Behalve dan die groei. Eerlijk gezegd, in het tempo dat Olivier aan het groeien was geweest, moest er op een gegeven moment een stagnatie komen. Dus hoe verontrustend was het eigenlijk? Mijn goede vriend gevoel zei van wel.
Idiote kerstboom
We gingen naar huis met onze ziel onder de arm. Alles was besproken, maar er was niks te doen. Een opname wilden we zelf niet. We wilden pas weer opgenomen worden als het moment daar was. Het moment van sterven. Niet eerder onnodig een split in ons gezin en daarmee ons gevoel. We hadden vlak hiervoor al de meest idiote kerstboom gekocht die we konden vinden. Een exemplaar zo groot dat we onze hele benedenverdieping om moesten gooien. We legden er cadeautjes onder. Hingen hem vol met kransjes en ballen. Het moest en zou de meest overdreven kerstboom zijn die we ooit zouden nemen. Hij stond klem tegen het plafond en we vonden het geweldig.
Vervroegde kerst
Het toeval wilde dat we met mijn familie een vroege kerst gepland hadden. Twee weken te vroeg zelfs. We vierden kerst. Vroegen de kinderen Olivier een beetje met rust te laten en dachten er het onze van. Die avond zelf besloten we dat ook met de andere kant een vroege kerst het meest verstandig zou zijn. En dus zat de volgende dag de hele andere kant van de familie voor nog een vroege kerstviering bij ons thuis. Dat sommigen het onzin vonden, voelden we. We deden ons best, maar waren er niet geheel bij aanwezig dat weekend. Er was eten, gezelligheid en cadeautjes zelfs, maar wij waren onrustig. Wat zeg je over een eerste en laatste kerst van je kindje. Wat zeg je als je het vervroegt viert en sommigen niet snappen wat gevoel ons vertelde. Dit was geen onwil, maar ze voelden het niet.
Het gevoel was bij ons weer sterk en vertrok niet meer. We twijfelden over het werken van Ramon. We wisten het immers niet zeker. Hij werkte nog een paar daagjes door. Dagen waarop hij vroeg thuis was. Dagen waarop ik thuis zat met Olivier en hem als een havik in de gaten hield. De afspraken in het ziekenhuis werden weer frequenter. Nog steeds geen objectieve waarnemingen. Nog steeds was het gevoel degene die ons aanstuurde.
Broertjes beer
Die week belden we het kinderdagverblijf om te zeggen dat Olivier, die al enkele weken niet meer was geweest, waarschijnlijk ook niet meer ging komen. Het ging in onze optiek slecht. Ze reageerden heel erg lief en stuurden hem een beertje. Dit beertje kwam aan op maandag in, naar wat later bleek de laatste week van Olivier, en ging overal mee naar toe. Een bruin, zacht lief kijkend beertje van een bekend merk. Het was precies hetzelfde beertje als Benjamin ooit gehad had. Gekregen bij zijn geboorte. We noemden ze broertjes beer en vertelden de jongens dat ze zo altijd samen zouden zijn. Praten tegen broertje beer was net als praten tegen je broertje. De beertjes geven alles door. Eentje voor Ollie en eentje voor Benji.
Het concept pakte Benjamin al snel op. Broertje beer werd van een knuffel in zijn bedje het meest belangrijke item dat hij bezat. Grappig genoeg hechtte ook Olivier zich heel snel aan broertje beer. Hij liet hem niet meer los. Zijn aap en zijn beer. En zijn speen met tijger. Houvast in een tijd van loslaten. We voelden dat het tijd was. Voelde hij het ook? We denken van wel. Het was te snel, te kort, te heftig. Niet eerlijk, niet normaal en gewoonweg niet. Nee niet. Niet nu al en niet jij. Waarom jij?