Zoals ik eerder schreef, ging het op en af. Eén à twee weken beter en dan weer één à twee weken ziek. Het contact met de kinderarts was snel gemaakt en zij adviseerde opnieuw antibiotica, zodat we toch een fijne vakantie zouden hebben. Judah knapte langzaam op van de antibiotica.
Zo enthousiast
Ik zie mezelf nog bij zijn bedje staan, als ik aan hem vraag wat we morgen gaan doen. Ik zie zijn blije gezicht, want hij weet dat we de volgende dag op vakantie gaan. Hij snapt helemaal (nog) niet wat vakantie is, maar toch is hij ontzettend blij. Zo enthousiast over alles. Alles ging mee. Van optiflow-apparaat tot extra zuurstofslangen en uitzuigsysteem, maar het mocht de pret niet drukken.
Die maandag spuugde hij de hele auto onder van al het slijm dat hem zo dwars zat, maar vanaf dat moment gaat het gelukkig beter en genieten we volle bak van al het samen zijn en leuke dingen doen. Herinneringen die ik nooit zal vergeten. Herinneringen gemaakt. Compleet. En Judah zelf? Die zie ik nog op de achterbank van de auto. Hij wilde niet naar huis. Hij wilde terug naar Monschau. En dat liet hij ook duidelijk horen.
Met een rugzak
Vorig jaar gingen we weer met elkaar op vakantie. Dit jaar ook. De rugzak die we elke dag meetillen met daarin verlies, pijn en rouw lijkt op de dagen voordat we op vakantie gaan net een beetje voller. Alles met Judah op vakantie speelt zich af in mijn hoofd. Ik kwam het lijstje van 2019 nog tegen, met alle spullen die we toen mee moesten nemen en heel mijn hart huilde. Want ik zou het zo weer op die manier doen. Ik zet bloemen bij zijn grafje, want hij hoort voor altijd bij ons gezin. Ik kies ervoor om een foto van Judah mee te nemen, al weet ik dat hij altijd mee gaat in mijn hart.
We deden leuke en fijne dingen samen. Judah werd ook door de anderen niet vergeten. Ik denk aan dat appje van een vriendin waarin ze laat weten dat Judah nu op vakantie ook juist wel gemist wordt. Of hoe mijn moeder zei dat ze, toen we moesten zeggen met hoeveel personen we waren, altijd wil zeggen dat het niet klopt. En ik zie en weet dat Febe er ook helemaal bij hoort.
En toch komt soms ook dan die pijn naar boven. Hoe zou het zijn geweest als.. Judah hier nu zou zijn? Febe niet ziek was? Dan zouden Judah en Febe zelf lopen in de dierentuin en zouden ze bewonderend naar alle dieren kijken. Dan zaten we met zijn allen in het zwembad en was het zwembad niet te koud voor Febe en kon ze gewoon mee spetteren. Dan zou Febe de dagen aftellen tot haar verjaardag en zou ze de vlaggetjes zien die ik voor haar had opgehangen in het vakantiehuis. Dan zouden ze samen spelen met de andere kinderen.
Altijd incompleet
We hebben ervan genoten. Herinneringen gemaakt. Want Febe is, wie Febe is. En dat is ook genieten. Hoe ze genoot van iedereen die mee was. Hoe ze zingend in haar bedje lag, voordat ze sliep. Hoe ze lachte om alle nieuwe geluiden en huilde, omdat we met elkaar toch wel heel hard zongen. Hoe ze genoot van het fietsen en zelfs in de bakfiets wilde blijven, terwijl we al twee uur hadden gefietst. Hoe ze lachte om het geluid van de zeeleeuw in de dierentuin. Hoe ze de één na de ander strikte om een boekje voor te lezen. Herinneringen die bij Febe horen en die ik nooit zou willen missen.
Maar wel voor altijd incompleet.